Oude Testament

Nieuwe Testament

Ezechiël 23:29-36 BasisBijbel (BB)

29. En zij zullen jou ook haten. Ze zullen je alles afnemen wat je had. Ze zullen je naakt achterlaten. Zo zal iedereen weten wat je allemaal hebt gedaan. Ze zullen zien hoe je gestraft wordt omdat je ontrouw aan Mij bent geweest.

30. Dat zal allemaal met je gebeuren, omdat je met andere volken een verbond hebt gesloten en je hun walgelijke goden bent gaan aanbidden.

31. Je hebt dezelfde dingen gedaan als je zus. Daarom zul je ook dezelfde straf krijgen.

32. Je zal dezelfde wijnbeker met mijn straf moeten leegdrinken als zij. Dezelfde grote, wijde beker, waar heel veel in gaat. Iedereen zal je uitlachen.

33. Je zal er dronken en ellendig van zijn. De beker die je zus Samaria leegdronk, liet haar verwoest en eenzaam achter.

34. Ook jij zal hem tot de bodem moeten leegdrinken. Daarna zul je hem laten stukvallen. En je zal je jezelf met de scherven snijden, zegt de Heer.

35. Dit doe Ik omdat je Mij bent vergeten en Mij aan de kant hebt gezet. Daar zul je de gevolgen van moeten dragen. Want je bent ontrouw aan Mij!"

36. De Heer zei tegen mij: "Mensenzoon, wil jij rechtspreken over Ohola en Oholiba? Vertel hun dan wat voor vreselijke dingen ze hebben gedaan.

Lees verder hoofdstuk Ezechiël 23