Oude Testament

Nieuwe Testament

Exodus 8:5-13 BasisBijbel (BB)

5. Verder zei de Heer tegen Mozes: "Zeg tegen Aäron: 'Strek je hand met je staf uit over de rivieren, kanalen en plassen. Laat zo de kikkers over Egypte komen.' "

6. Toen strekte Aäron zijn hand uit over het water van Egypte. En de kikkers kwamen en bedekten het hele land.

7. Maar de tovenaars deden door hun toverkunsten hetzelfde, zodat zij óók kikkers tevoorschijn lieten komen.

8. Toen riep de Farao Mozes en Aäron en zei: "Bid tot de Heer dat Hij de kikkers weghaalt! Dan zal ik het volk laten gaan om offers aan de Heer te brengen!"

9. Mozes antwoordde: "Zou u mij willen zeggen wanneer ik voor u, uw dienaren en uw volk moet bidden? Dan zal ik bidden dat de kikkers uit de huizen zullen verdwijnen en alleen in de rivier zullen overblijven."

10. Hij zei: "Morgen." Toen zei Mozes: "Ik zal doen wat u beveelt. Dan zult u toegeven dat er niemand is zoals onze Heer God.

11. De kikkers zullen uit uw huizen verdwijnen. Alleen in de rivier zullen ze overblijven."

12. Toen gingen Mozes en Aäron bij de Farao weg. Mozes vroeg aan de Heer om een eind te maken aan de kikkerplaag waarmee Hij de Farao had gestraft.

13. De Heer deed wat Mozes Hem had gevraagd. Alle kikkers in de huizen, paleizen en velden gingen dood.

Lees verder hoofdstuk Exodus 8