Oude Testament

Nieuwe Testament

Exodus 32:3-7 BasisBijbel (BB)

3. Toen haalden ze allemaal hun gouden ringen uit hun oren en gaven die aan Aäron.

4. Hij smolt ze en maakte er een gouden beeld van in de vorm van een kalf. Toen riepen ze: "Kijk, Israël, dit is jullie god! Dit is de god die jullie uit Egypte heeft gehaald!"

5. Toen bouwde Aäron een altaar voor het beeld en riep: "Morgen vieren we feest voor de Heer!"

6. De volgende ochtend vroeg offerden ze brand-offers. Daarna gingen ze eten en drinken en feestvieren. Het werd een wild feest.

7. Toen zei de Heer tegen Mozes: "Ga naar beneden, want je volk dat jij uit Egypte hebt gehaald, heeft alles bedorven.

Lees verder hoofdstuk Exodus 32