Oude Testament

Nieuwe Testament

Exodus 28:10-16 BasisBijbel (BB)

10. Zes namen op de ene steen en de zes andere namen op de andere steen. Schrijf ze op in de volgorde waarop de zonen geboren zijn.

11. Je moet dat door een steensnijder laten doen.

12. Dan moeten de twee stenen in gouden zettingen op de schouderbanden van het priesterschort worden vastgezet. Ze stellen het volk Israël voor. Zo draagt Aäron hun namen op zijn schouders. Zo zal Ik aan het volk Israël denken als Aäron bij Mij komt.

13. Maak twee gouden bevestigingsplaatjes.

14. Daaraan komen twee kettinkjes van zuiver goud. Het moeten gouden koordjes worden, gevlochten kettinkjes.

15. Maak een borsttas. Het moet een prachtig kunstwerk worden. Maak hem van hetzelfde materiaal als het priesterschort. Dus van gouddraad, blauw, paars en rood draad en fijn linnen.

16. Hij moet van een vierkante lap gemaakt worden, van dubbele stof, 1 span [ (23 cm) ] lang en 1 span breed.

Lees verder hoofdstuk Exodus 28