Oude Testament

Nieuwe Testament

Ester 9:15-22 BasisBijbel (BB)

15. Zo verzamelden de Judeeërs zich ook op de 14e dag van de maand Adar. Ze doodden in Susan nog 300 mannen. Maar ze wilden geen buit meenemen.

16. De Judeeërs in de rest van het koninkrijk verzamelden zich op de 13e dag van de maand Adar en verdedigden hun leven. Zo kregen ze rust. Ze hadden 75.000 vijanden gedood. Maar ze wilden geen buit meenemen.

17. Op de 14e dag rustten ze uit en vierden feest.

18. Maar de Judeeërs in de stad Susan verzamelden zich op de 13e én de 14e dag van die maand. Op de 15e dag rustten ze uit en vierden feest.

19. Daarom vieren de Judeeërs in de dorpen elk jaar de 14e dag van de maand Adar als een feestdag [ en de Judeeërs in de steden de 15e dag ]. Ook sturen de Judeeërs elkaar dan geschenken.

20. Mordechai schreef alles op wat er was gebeurd. En hij stuurde brieven naar alle Judeeërs in alle provincies van het rijk van koning Ahasveros, ver weg of dichtbij.

21. Daarin gaf hij hun het bevel om elk jaar de 14e en de 15e dag van de maand Adar feest te vieren.

22. Want dat waren de dagen waarop de Judeeërs rust hadden gekregen van hun vijanden. En dat was de maand waarin verdriet veranderde in vreugde. Die maand veranderde een droeve dag in een feestdag. Voortaan moesten ze elk jaar op deze dagen feestvieren en elkaar geschenken sturen. Op de feestdagen moesten ze ook geschenken geven aan de arme mensen.

Lees verder hoofdstuk Ester 9