Oude Testament

Nieuwe Testament

Deuteronomium 7:3-8 BasisBijbel (BB)

3. Jullie mogen ook niet met hen trouwen. Laat jullie dochters niet met hun zonen trouwen. Laat jullie zonen niet met hun dochters trouwen.

4. Want anders zouden ze de goden van die volken gaan aanbidden en dienen. En dan worden ze ontrouw aan de Heer. Dan zal de Heer vreselijk boos op jullie worden en jullie vernietigen.

5. Dit is wat jullie moeten doen: breek al hun altaren af, sla hun heilige stenen kapot, hak hun heilige palen om en verbrand hun godenbeelden.

6. Want jullie zijn het volk van de Heer God. De Heer heeft jullie uit alle andere volken uitgekozen om zijn eigen volk te zijn.

7. De Heer heeft jullie niet uitgekozen omdat jullie groter zijn dan andere volken. Want jullie zijn eigenlijk maar een heel klein volkje.

8. Maar Hij heeft jullie uitgekozen omdat Hij van jullie houdt. En omdat Hij Zich houdt aan het verbond dat Hij met jullie voorvaders [ Abraham, Izaäk en Jakob ] heeft gesloten. Daarom heeft de Heer jullie op een machtige manier bevrijd uit de slavernij van de koning van Egypte.

Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 7