Oude Testament

Nieuwe Testament

Deuteronomium 11:8-16 BasisBijbel (BB)

8. Houd je daarom aan de hele wet die ik jullie nu geef. Want dan zullen jullie sterk zijn en het land veroveren.

9. En dan zullen jullie lang leven in het land waarvan de Heer aan jullie voorvaders [ Abraham, Izaäk en Jakob ] heeft gezworen dat Hij het aan hun familie ná hen zou geven. Het is een prachtig en vruchtbaar land.

10. Want het land dat jullie gaan veroveren is niet als Egypte waar jullie vandaan komen. Want in Egypte moesten jullie het land zelf water geven als jullie hadden gezaaid, zoals in een groententuin.

11. Maar het land dat jullie nu gaan veroveren, heeft bergen en dalen en krijgt water van de regen.

12. Het hele jaar door zorgt jullie Heer God voor dat land.

13. Luister goed naar de wetten die ik jullie nu geef. Houd van je Heer God. Dien Hem met je hele hart en je hele ziel.

14. Dan zal de Heer het altijd op tijd laten regenen in het land. De herfstregens en de lenteregens zullen op tijd vallen. Daardoor kunnen jullie het graan, de druiven en de olijven oogsten.

15. Hij zal ervoor zorgen dat er altijd genoeg gras groeit voor jullie vee. Zo zullen jullie altijd zoveel kunnen eten als jullie willen.

16. Maar denk erom dat jullie geen andere goden gaan aanbidden en dienen.

Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 11