Oude Testament

Nieuwe Testament

2 Samuel 19:32-43 BasisBijbel (BB)

32. Barzillai was heel oud: hij was al 80 jaar. Hij had voor de koning gezorgd toen de koning in Mahanaïm was, want hij was heel rijk.

33. De koning zei tegen Barzillai: "Ga met me mee naar Jeruzalem. Dan zal ik daar in alles voor je zorgen."

34. Maar Barzillai antwoordde: "Ik zal waarschijnlijk niet lang meer leven. Het heeft geen zin meer om nog met u mee te gaan.

35. Ik ben nu 80 jaar. Zou ik het verschil tussen goed en slecht nog merken? Ik proef niet meer wat ik eet of drink. En ik kan niet meer genieten van de stemmen van zangers en zangeressen. Waarom zou ik het u dan lastig maken, mijn heer de koning?

36. Waarom zou u mij zo'n grote beloning willen geven? Ik zal maar een klein eindje met u meereizen.

37. Laat mij daarna teruggaan. Ik wil in mijn eigen stad sterven, bij het graf van mijn vader en moeder. Maar Kimham zou met u mee kunnen gaan. Doe met hem wat u het beste vindt."

38. "Goed," zei de koning, "Kimham zal met mij meegaan en ik zal voor hem doen wat jij wil. Ik zal alles voor je doen wat je van me vraagt."

39. Alle mannen van de koning staken de Jordaan over. Daarna kwam ook de koning. Toen omhelsde de koning Barzillai en zegende hem. Daarna ging Barzillai terug naar huis.

40. De koning trok verder naar Gilgal. Kimham ging met hem mee. Al het volk van Juda en een deel van het volk van de andere stammen trok met de koning mee.

41. Maar de mannen van Israël gingen naar de koning en zeiden: "Onze volksgenoten, de Judeeërs, hebben u van ons gestolen! Want alleen zij hebben u en iedereen die bij u was, over de Jordaan geholpen!"

42. Toen antwoordden de Judeeërs hen: "Dat was omdat de koning familie van ons is. Waarom zijn jullie daar boos over? Hebben we er van de koning soms een beloning voor gekregen?"

43. Maar de Israëlieten antwoordden de Judeeërs: "Wij zijn met tien stammen. Daarom hebben wij tien keer zoveel recht op koning David als jullie. Waarom hebben jullie ons dan aan de kant geschoven? Wij hadden het er toch als eerste over om de koning terug te laten komen?" Maar ze kregen geen gelijk van de Judeeërs.

Lees verder hoofdstuk 2 Samuel 19