Oude Testament

Nieuwe Testament

2 Koningen 25:4-7 BasisBijbel (BB)

4. Op de negende dag van de vierde maand wist het leger van Babel 's nachts een gat in de stadsmuur te maken. Toen vluchtte koning Zedekia met zijn leger door de poort in de dubbele muur bij de paleistuin. Ze namen de weg naar de vlakte.

5. Het leger van de Babyloniërs dat rond de stad lag, zette de achtervolging in. Bij de vlakte van Jericho haalden ze koning Zedekia in. Zijn leger werd verjaagd.

6. De koning werd gegrepen en naar de koning van Babel in Ribla gebracht. Daar werd hij gestraft voor zijn opstand:

7. zijn zonen werden voor zijn ogen gedood. Daarna werd hij blind gemaakt en met koperen kettingen geboeid. Zo werd hij naar Babel gebracht.

Lees verder hoofdstuk 2 Koningen 25