Oude Testament

Nieuwe Testament

2 Koningen 13:9-12 BasisBijbel (BB)

9. Joahaz stierf en werd begraven in Samaria. Zijn zoon Joas werd na hem koning van Israël.

10. Toen Joas 37 jaar koning van Juda was, werd Joas , de zoon van Joahaz, koning van Israël in Samaria. Hij regeerde 16 jaar.

11. Hij leefde niet zoals de Heer het wil, maar deed dezelfde slechte dingen als vroeger koning Jerobeam, de zoon van Nebat, had gedaan. Hij ging daar gewoon mee door. En door zijn schuld deed Israël dezelfde slechte dingen als hij.

12. De rest van wat koning Joas allemaal heeft gedaan, met al zijn dappere daden, en hoe hij gevochten heeft tegen koning Amazia van Juda, staat opgeschreven in de boeken met de geschiedenis van de koningen van Israël.

Lees verder hoofdstuk 2 Koningen 13