Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Samuel 24:4-7 BasisBijbel (BB)

4. Ze kwamen bij de stallen voor de schapen die daar langs de weg staan. Daar ging Saul een grot in, omdat hij naar de wc moest. Maar David en zijn mannen zaten achterin die grot.

5. Toen zeiden Davids mannen tegen hem: "Vandaag geeft de Heer je vijand in je macht. Dit is je kans om hem te doden!" David stond op en sneed stilletjes een punt van Sauls mantel af, zonder dat Saul het merkte.

6. Davids hart bonsde hevig toen hij de punt had afgesneden.

7. Hij zei tegen zijn mannen: "Dat nooit! Ik zal nooit mijn koning doden. Hij is door de Heer Zelf tot koning gezalfd!"

Lees verder hoofdstuk 1 Samuel 24