Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Samuel 1:18-21 BasisBijbel (BB)

18. Hanna bedankte hem en vertrok. Ze at weer en keek niet meer verdrietig.

19. De volgende ochtend stonden ze vroeg op om de Heer te gaan aanbidden in het heiligdom. Daarna gingen ze terug naar hun huis in Rama. Op een dag zorgde de Heer ervoor dat Hanna in verwachting raakte van Elkana.

20. Ze kreeg een zoon en ze noemde hem Samuel [ (= 'God heeft gehoord') ]. "Want," zei ze, "ik heb de Heer om hem gevraagd."

21. Dat jaar ging Elkana weer met zijn hele gezin naar Silo, om zoals elk jaar het vlees-offer en het belofte-offer aan de Heer te offeren.

Lees verder hoofdstuk 1 Samuel 1