Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Kronieken 9:24-30 BasisBijbel (BB)

24. Aan elke kant stonden poortwachters: aan de oostkant, de westkant, de noordkant en de zuidkant.

25. Sallum, Akkub, Talmon en Ahiman hadden om de beurt een week dienst met een aantal andere Levieten uit de dorpen.

26. Zij waren de vier belangrijkste poortwachters van de Levieten. Ze moesten ook toezicht houden op de kamers en de schatkamers van de tempel.

27. Ze brachten de nacht door bij de tempel, om de tempel te bewaken. Ook moesten ze elke dag 's morgens de poortdeuren open zetten.

28. Sommigen van hen zorgden voor de voorwerpen die voor de dienst gebruikt werden. Ze telden alles als het naar buiten gebracht werd en als het weer werd opgeborgen.

29. Anderen moesten zorgen voor de heilige voorwerpen en voor het meel, de wijn, de olijf-olie, de wierook en de specerijen.

30. Maar andere priesters maakten de wierook klaar.

Lees verder hoofdstuk 1 Kronieken 9