Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Koningen 14:1-5 BasisBijbel (BB)

1. In die tijd werd Abia, de zoon van Jerobeam, ziek.

2. Jerobeam zei tegen zijn vrouw: "Maak je klaar om op reis te gaan. Verkleed je eerst, zodat de mensen niet zullen merken dat je de vrouw van de koning bent. Ga naar Silo. Daar woont de profeet Ahia. Hij is de profeet die mij vroeger heeft gezegd dat ik koning van dit volk zou worden.

3. Neem tien broden, koeken en een kruik honing mee en ga naar de profeet. Hij zal je zeggen wat er met de jongen zal gebeuren."

4. Zo reisde de vrouw van Jerobeam naar Silo. Ze ging het huis van Ahia binnen. Ahia kon niet zien, want hij was blind van ouderdom.

5. Maar de Heer zei tegen hem: "Straks komt de vrouw van Jerobeam. Ze komt je vragen wat er met hun zoon zal gebeuren, want hij is ziek. Dit-en-dat moet je tegen haar zeggen zodra ze binnenkomt. Maar ze zal doen alsof ze een onbekende is."

Lees verder hoofdstuk 1 Koningen 14