1. Toen Jezus zijn opdrachten aan de twaalf leerlingen had gegeven, ging Hij daar weg om in de steden les te geven en te preken.
2. Johannes [ de Doper ], die in de gevangenis zat, hoorde wat Christus allemaal deed. Hij vroeg aan twee van zijn eigen leerlingen om naar Jezus te gaan.
3. Ze moesten Hem vragen: "Bent U het die zou komen, of wachten we op iemand anders?"