Oude Testament

Nieuwe Testament

Matteüs 1:6-13 BasisBijbel (BB)

6. Isaï kreeg een zoon: David, die later koning werd. [ Koning ] David kreeg een zoon: Salomo. De moeder van Salomo was de vrouw van Uria.

7. Salomo kreeg een zoon: Rehabeam. Rehabeam kreeg een zoon: Abia. Abia kreeg een zoon: Asa.

8. Asa kreeg een zoon: Josafat. Josafat kreeg een zoon: Joram.

9. Joram kreeg een zoon: Uzzia. Uzzia kreeg een zoon: Jotam. Jotam kreeg een zoon: Achaz.

10. Achaz kreeg een zoon: Hizkia. Hizkia kreeg een zoon: Manasse. Manasse kreeg een zoon: Amon. Amon kreeg een zoon: Josia.

11. Josia kreeg zonen: Joahaz en zijn broers, toen de bewoners van het koninkrijk Juda gevangen meegenomen werden naar het land Babylonië .

12. Nadat ze gevangen meegenomen waren naar Babylonië, kreeg Joahaz een zoon: Sealtiël. Sealtiël kreeg een zoon: Zerubbabel .

13. Zerubbabel kreeg een zoon: Abiud. Abiud kreeg een zoon: Eljakim. Eljakim kreeg een zoon: Azor.

Lees verder hoofdstuk Matteüs 1