Oude Testament

Nieuwe Testament

Hebreeën 7:22-28 BasisBijbel (BB)

22. Daardoor weten we dat we in Jezus een veel beter verbond hebben gekregen.

23. Onder het oude verbond zijn er heel veel priesters geweest. Want doordat ze stierven, konden ze niet voor eeuwig priester blijven.

24. Maar Jezus leeft voor eeuwig. Daarom zal er nooit meer een andere priester nodig zijn.

25. Daarom kan Hij ook álle mensen redden die door Hem naar God toe komen. Want Hij leeft voor altijd om bij God voor hen op te komen.

26. Zo'n Hogepriester hadden we ook nodig: volmaakt, zonder ooit ongehoorzaam te zijn aan God, smetteloos, en hoog boven elk ander wezen geplaatst in de geestelijke wereld.

27. Daarom hoeft Hij niet (zoals de andere hogepriesters) elke dag eerst voor zijn eigen ongehoorzaamheid offers te brengen, en daarna voor de ongehoorzaamheid van het volk. Want toen Hij Zichzelf offerde, heeft Hij één keer, voor altijd, het offer gebracht voor de ongehoorzaamheid van alle mensen.

28. De wet van Mozes maakt mensen tot hogepriester. En mensen zijn nu eenmaal ongehoorzaam aan God. Maar de plechtige eed van God die na de wet kwam, maakt de Zoon tot Hogepriester. En Híj is voor eeuwig volmaakt en nooit ongehoorzaam aan God.

Lees verder hoofdstuk Hebreeën 7